MOZAIC STRIJKTRIO
Nataša Grujić – viool (Servië)
Mara Tieles Cutie – altviool (Cuba)
Melina Montes – cello (Argentinië)
Ernő Dohnányi, Luciano Berio, Ernest John Moeran,
Gideon Klein
Internationaal strijktrio ‘Mozaic’

Het Mozaic String Trio bestaat uit drie internationale musiciennes die hun leven wijden aan de kunst van het beoefenen van Kamermuziek. Op zondag 11 december om 15.00 uur treden zij op in ’t Mosterdzaadje. De celliste Melina Montes (Argentinië), de violiste Nataša Grujić (Servië) en altvioliste Mara Tieles (Cuba). Uitgevoerd worden Ernő Dohnányi (Serenade), Luciano Berio (Presto), Gideon Klein (Strijktrio 1944) en Edward Moeran.
De drie jonge vrouwen toeren met een volle concertagenda door Europa en ontmoetten elkaar in een kamerorkest. Daar werd het idee voor een strijktrio geboren en dat resulteerde in een bundeling van drie zeer uiteenlopende culturen met ieder een eigen kijk op muziek en samenspel. Dat levert een uniek en spannende resultaat. Hun bedoeling is exclusief repertoire voor strijktrio naar buiten te brengen en ook samen te werken met jonge componisten. Ze laten zien en horen dat muziek de ultieme manier van communiceren is, niet begrensd door taal, cultuur en tijd.
Dohnányi schreef zijn Serenade in 1904, het jaar dat Dvořák overleed. Dohnányi was 26, een internationaal sterpianist en in Hongarije een invloedrijk persoon. De Serenadedie uitgevoerd wordt is een progressief werk. Dohnányi’s Serenade bestaat uit 5 delen, te beginnen met een stevige mars en eindigend in een Rondo waar het thema van de mars weer in terug te horen is.
Het Divertimento van Luciano Berio componeerde hij op 21 jarige leeftijd in 1946 maar herschreef de compositie in 1985. Deze Italiaanse componist afkomstig uit een muzikale familie moest de oorlog in maar raakte al de eerste dag verwond toen hij een pistool hanteerde. Hij bracht zijn tijd door in een militair hospitaal. Door zijn gewonde hand kon hij niet verder met zijn pianostudie en concentreerde hij zich op componeren. Uitgevoerd wordt het Presto.
Gideon Klein werd geboren in een Moravische Joodse familie in Přerov (1919) en toonde al vanaf zeer jonge leeftijd groot muzikaal talent. Zijn studies werden echter stilgelegd toen de Duitse bezetter in Tsjechië alle Hogescholen en Universiteiten sloot. In 1941 werd Gideon door de nazi’s naar Theresienstadt concentratiekamp afgevoerd, waarin hij samen met Leoš Janáček’s leerling Pavel Haas, Hans Krása en Schönbergs leerling Viktor Ullmann één van de belangrijkste componisten in dat kamp werd. Want in Theresienstadt vonden artistieke activiteiten plaats. Zijn werk uit deze jaren zijn onder andere muziek voor strijkkwartet, een strijktrio en een pianosonate. Klein deed ook dienst als solo-pianist hielp het culturele leven onder erbarmelijke omstandigheden organiseren. Maar toch werd ook Gideon in 1944 naar Auschwitz getransporteerd en vond daar de dood, minder dan twee weken na het voltooien van zijn strijktrio. Door de partituur naar buiten te smokkelen kon het later overgedragen worden aan de zuster van Gideon.
De Britse componist Edward Moeran heeft door zijn Ierse vader sterke wortels in de Ierse ‘folk’ muziek. Het grootste deel van zijn leven bracht hij door tussen de zigeuners waar hij zijn manier van componeren van leerde. In de landelijke pubs bleef hij net zo lang zitten tot een oude man begon te zingen en hij de muziek kon noteren. De muziek uit de Norfolks pubs vormen samen met de Ierse muziek het creatieve materiaal van zijn composities.